Mon(t) Ventoux

2 augustus 2008

Zuiderzeetocht

Vorig jaar had ik deze tocht ook al willen fietsen, maar toen viel 'ie midden in mijn vakantie. Dit jaar is de vakantie iets anders gelopen dan gepland met als bijkomend voordeel dat de Zuiderzeetocht me dit keer niet zal ontgaan.
Om 5 uur sta ik naast mijn bed: aankleden, ontbijten (VEEL ontbijten) en op de fiets naar de club. Ruud en René staan al te wachten en we kunnen direct gaan, want Ab en Jan haken bij Muziekwijk aan. Vijf man sterk rijden we over de Hollandse brug, door Muiden, langs de Maxis, door IJburg, over de Schellingwoudebrug naar Durgerdam. Het verbaast me dat je zo dicht langs Amsterdam kunt fietsen zonder iets van Amsterdam te zien. Vanaf Durgerdam kronkelen we helemaal over de dijk langs Uitdam, Monickendam, Volendam, Warder, Schardam, helemaal naar Hoorn (mijn geboortestad). Dwars door West Friesland steken we door naar Medemblik. Ik vind het persoonlijk wel leuk dat we daarbij Oostwoud nog even aandoen. Helaas komen we niet over de dorpsstraat langs het postkantoor; volgens mijn vader en moeder is dat het huis waar we vroeger gewoond hebben.

In Medemblik, midden op de kermis (die 's morgens om 8:30u nog niet open is), is het tijd voor koffie. Terwijl we aan de koffie met appelgebak zitten, komt er een jongen langsfietsen op een gewone fiets. Hij vertelt dat hij vanuit Amsterdam op weg is naar Leeuwarden. Als wij vertellen dat we aan een rondje zuiderzee bezig zijn, vraagt hij of hij een stukje mee mag fietsen. Jan vertelt dat dat best mag als hij het bij kan houden, dus met z'n zessen vertrekken we even later uit Medemblik.
Vanuit Medemblik is het een lange, bijna rechte weg naar Den Oever en de hele tijd weet onze verstekeling het tempo aardig bij te houden. Hij rijdt zelfs een stuk alleen op kop. Ik kan me alleen maar een voorstelling maken van de melige aanblik die dat moet zijn: een gozer in een spijkerbroek en een regenjas op een gewone fiets met daarachter vijf man in lycra op een racefiets.

De hele afsluitdijk hebben we de wind pal in de rug; de 30 kilometer vliegen voorbij. Als we even niet opletten, stuift Jan er opeens vandoor; na een paar honderd meter steekt hij triomfantelijk zijn armen juichend in de lucht en laat zich uitbollen. Het is hem gelukt: hij heeft even zijn leeftijd gefietst.
In Friesland wordt het fietsen opeens minder aangenaam. Tot hiertoe hebben we de wind steeds (schuin) achter gehad, maar dat is nu afgelopen: vanaf nu hebben we 'm alleen nog maar (schuin) tegen. We zetten een waaier op en rijden zo veel mogelijk kop-over-kop.
Langs Makkum en Gaast zakken we af richting Koudum. Onderweg is er even twijfel over de te volgen weg wat erin resulteert dat Ab als een volleerd Jos Verstappen tot volledige stilstand komt in een grindbak. De wegbeheerder had "wat" grind gestrooid in een bocht en Ab stapt onvrijwillig en onzacht af. Een kapot shirt, een beschadigd zadel en schaafwonden aan Ab's schouder en knie zijn het gevolg. Gelukkig is het niet te ernstig en is Ab een bikkel! We kunnen verder.

In Oudemirdum is het lunchtijd. Uitsmijters en grote hoeveelheden cola moeten aangerukt worden om de energievoorraad van vijf hongerige / dorstige fietsers weer aan te vullen. Na de lunch gaat het richting Lemmer, waar het hele dorp op z'n kop staat in verband met het Skûtsje sielen. De kortse weg vanaf hier zou via Emmeloord door de polder naar huis zijn, maar wij rijden de Zuiderzeetocht en geen "Rondje IJselmeer". We blijven dus op het "oude land" en rijden richting Kuinre.
Op de een of andere manier raken we een beetje van de koers af, want we komen uiteindelijk uit in Ossenzijl. Terwijl we met tegemoet komende fietsers staan te praten over de te volgen weg naar Blokzijl, merk ik te laat dat mijn voet al vastgeklikt zit en heel onelegant zak ik in een soort slow-motion met fiets en al in een tuintje. Een kleine schaafwond aan arm en been zijn nog wel te overzien; het schamper gelach van de anderen doet meer pijn...
Dwars door de Weeribben rijden we over een heel smal fietspaadje langs een vaart. Gemiddeld elke 50 meter gaat ons pad over een bruggetje en sommige daarvan zijn zo kort en steil dat de hele fiets loskomt als we er letterlijk overheen vliegen. Wat een prachtig natuurgebied en wat is het leuk om hier te fietsen!!

Bij Blokzijl pikken we onze geplande route weer op. Via Vollenhove rijden we richting Zwartsluis. Vlak voor Zwartsluis draaien we rechtsaf richting de pont naar Genemuiden. René zat voor de lunch al stuk en heeft zijn vrouw gevraagd om hem in Zwartsluis op te komen halen. Na een respectabele 250 km. houdt hij het voor gezien en gaan we met z'n vieren verder. Via Kampen rijden we naar Elburg. Daar is het (om 17:30 uur) tijd voor een glaasje cola. Op het terras overleggen we hoe ver we nog willen gaan en we besluiten unaniem dat hiervandaan de korste weg naar huis wel zo verstandig is.

Vanaf Elburg steken we dus het "nieuwe land" op en door de polder rijden we richting Knardijk. Bij de sluis steken we de Lage Vaart over en langs de vaart rijden we door het Kotterbos terug richting Almere. Ik zit er nu echt helemaal doorheen. Ruud maakt nog een grapje over "eerst het bordje van de anderen leeg eten" maar op mijn bordje ligt al een hele tijd niets meer dan kruimeltjes. Op mijn tandvlees rij ik naar huis. Als ik thuis de meter stilzet, hebben we netto 11:45 uur gefietst en 335 km. afgelegd. Voor mij is dit echt een record!

Volgend jaar ZEKER weer !!

Geen opmerkingen: